De basisondersteuning van alle RVKO-scholen bestaat uit een geheel van preventieve en licht curatieve interventies die uitgevoerd worden binnen de ondersteuningsstructuur van elke school. Vanuit ons Strategisch Verhaal zorgen we voor een stevige basis van kennis en vaardigheden binnen een lerende organisatie die staat voor kwaliteit en professionaliteit. De basisondersteuning wordt uitgevoerd onder regie en verantwoordelijkheid van de schooldirectie en het schoolbestuur, met eventuele inzet van expertise van de stafafdelingen van de RVKO, andere scholen en netwerkpartners. Basisondersteuning wordt bekostigd vanuit de lumpsum die de scholen vanuit het ministere van OCW ontvangen.
Hoorrecht over het ondersteuningsaanbod:
Alle leerlingen (groep 1-8) moeten jaarlijks in staat worden gesteld hun mening te geven over het ondersteuningsaanbod van de school. Dit is een recht, het is niet verplicht voor de leerling om zijn of haar mening te geven. Op De Horizon doen we dit door middel van een groepsgesprek en een koppeling met een Kwink les. Voor de jongste kinderen(groep 1-2-3) wordt er een tekening gemaakt.
Hoorrecht bij het OPP:
Hoorrecht over het OPP is wettelijk verplicht vanaf 1 augustus 2025, voor alle leerlingen (groep 1-8). OPP’s die zijn opgesteld voor die datum hoeven niet opnieuw opgesteld te worden. Hoorrecht moet bij deze OPP’s wel worden toegepast als deze worden bijgesteld en geëvalueerd.
Hoorrecht over het ontwikkelingsperspectief vraagt dat scholen in gesprek gaan met
leerlingen over de verschillende onderdelen in het ontwikkelingsperspectief op een manier die past bij de leeftijd, rijpheid en mogelijkheden van de leerling. De bedoeling van het gesprek is om de ontwikkeling van de leerling in het algemeen te bespreken en op basis daarvan samen tot de nodige ondersteuning te komen. Hoe dat gesprek het beste gevoerd kan worden, verschilt per kind. Het is denkbaar dat een jongere leerling dat op een andere manier doet dan een oudere.
Eveneens voor kinderen die verschillen in cognitieve of fysieke capaciteiten. Denk bijvoorbeeld aan een kind dat zich beter kan uiten door middel van een tekening of een kind dat een tolk nodig heeft om te vertalen. Er is daarom geen blauwdruk voor leerlingen en scholen hoe het gesprek aan te gaan.
Ø Voer het gesprek over of communiceer over hoe de leerling zicht voelt, hoe het met hem gaat en ga samen na wat dan het beste zou zijn. Het is belangrijk in gedachten te houden dat hoorrecht een recht is van de leerling en geen plicht. De leerling mag dus weigeren om over het OPP in gesprek te gaan.
Ø Indien de leerling zijn input niet KAN geven, laat zien wat er gedaan is om tot hoorrecht te komen. Indien dit niet gelukt is, mogen ouders plaats nemen om voor hun kind te spreken. Niet vanuit wat zij vinden, maar vanuit hoe zij hun kind zien.
Ø De inbreng van de leerling en hoe deze van invloed is geweest op de vaststelling of bijstelling van het ontwikkelingsperspectief moet in het OPP worden opgeschreven. De school kiest zelf hoe ze dit doet, o.a.:
- Een letterlijk gespreksverslag
- In de verschillende onderdelen van het OPP de inbreng van de leerling verwerken
- Onderaan het OPP de zienswijze van de leerling noteren
- Een foto of tekening toevoegen
De school vertelt daarna aan de leerling hoe tot de beslissing omtrent het OPP is gekomen en op welke manier de mening van de leerling is meegewogen in de besluitvorming.
Ø De wet verandert niets aan de rol van ouders in het OPP. Met hen moet op overeenstemming gericht overleg worden gevoerd over het hele OPP en zij moeten instemmen met het handelingsdeel voordat het OPP wordt vastgesteld.
Ø Alle leerlingen met een OPP hebben hoorrecht; ook leerlingen in het gespecialiseerd onderwijs die alleen basisondersteuning hebben.
Ø Leerlingen hebben hoorrecht over het hele OPP. Niet alleen over het handelingsdeel. De wet beoogt daarmee dat met de leerlingen wordt gesproken over alles wat hun ontwikkeling aangaat.
Tips voor toepassing van hoorrecht in de praktijk:
· Inzetten van emotiekaartjes
· Gebruik maken van smileys bij verschillende onderdelen uit het SOP
· Kindgesprekken, vragen zoals:
- Waarom denk je dat we voor jou met een eigen plan willen gaan werken?
- Wat is helpend voor jou?
- Wat heb je hiervoor nodig?
- Wat kan je er zelf aan doen?
- Van wie heb je hulp nodig?
- Welke tip zou je meegeven?
· Een zelfgeschreven verslag door de leerling
· Creativiteit benutten (gedicht, abstracte tekening, foto’s)