Naast de basisschoolgroepen 1 tot en met 8 is er ook een kinderopvang gehuisvest in ons gebouw: Ieniemienie. Hier zijn kinderen vanaf 2 jaar welkom. Bij de kinderopvang kunnen de kinderen zich ontwikkelen door samen te spelen onder deskundige begeleiding. Beweging, creativiteit, spelen, taal- en rekenontwikkeling en sociale vorming zijn voor peuters erg belangrijk. Bij de kinderopvang wordt deze ontwikkeling gestimuleerd en begeleid. Daarnaast is Ieniemienie een goede voorbereiding op onze basisschool. Wanneer de peuters doorstromen naar onze school komen zij niet in een vreemde omgeving. Zij kennen het gebouw, de speelplaats, de juffen en al een groot aantal regels. Bovendien is de aanpak bij het leren en in de klas hetzelfde.
Dit noemen wij de onderbouw. De groepen 1-2 zijn heterogeen, wat betekent dat kinderen van 4, 5 en 6 jaar bij elkaar zitten. Dit is een bewuste keuze. Het onderwijs in de groepen 1 en 2 is anders georganiseerd dan in de hogere groepen, wat goed past bij de specifieke leerbehoefte van de kleuter. De kinderen werken veel samen. De oudere kinderen kunnen de jongere kinderen helpen met hun werk. Dit is van belang voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van een ouder kind. Daarnaast kunnen de jongste kinderen zich optrekken aan de oudsten.
Basisontwikkeling/visie op onderwijs aan Jonge Kind
Ons onderwijs aan het jonge kind is afgestemd op de ontwikkelingsbehoefte van de leeftijdsgroep en de populatie. Kinderen worden uitgedaagd om zich te ontwikkelen en resultaten te behalen die bij hen passen. De ontwikkeling van ieder kind in de groep wordt systematisch in kaart gebracht met behulp van het leerlingvolgsysteem Leerlijnen Parnassys. Zo wordt op groepsniveau zichtbaar waar en voor wie extra uitdaging, stimulansondersteuning wenselijk is voor een harmonieuze en brede ontwikkeling. Bij onze peutergroepen en in onze
groepen 1-2 staat spel centraal; “spelend leren, lerend spelen”. Door de thema’s aan te laten sluiten bij de belevingswereld van het kind, zorgen we voor een grote betrokkenheid en wordt het spelplezier vergroot. Kinderen worden uitgedaagd zelf met ideeën te komen en deze ook uit te werken. Het jonge kind is nieuwsgierig en wil graag “zelf doen’ en ‘ontdekken”. De kinderen zijn op deze manier ook zelf medevormgever van het onderwijs (eigenaarschap).
Binnen het klassenklimaat willen we een veilige en vertrouwde omgeving neerzetten, waarbij we waarde hechten aan structuur en regelmaat. Het welbevinden van het kind staat voorop. Daarnaast wordt de verantwoordelijkheid en zelfstandigheid van de kinderen aangesproken. Kinderen leren om zelf problemen op te lossen en elkaar te helpen. Op school werken we thematisch, waarbij de bestaande methodes niet leidend zijn, maar enkel als bron gebruikt worden. Afhankelijk van de observaties en bevindingen passen we de activiteiten aan op de onderwijsbehoefte van elk kind, een doorgaande ontwikkelingslijn.
Dit noemen wij de midden- en bovenbouw. Vanaf groep 3 werken wij met het leerstofjaarklassensysteem. Dit betekent dat kinderen van ongeveer dezelfde leeftijd bij elkaar in een groep zitten. Regulier klassikaal onderwijs is ons uitgangspunt. Binnen dit klassikale onderwijs wordt aangesloten op de verschillen in onderwijsbehoefte, want er zijn altijd kinderen die méér of minder dan de basisstof aankunnen.
Instructie en zelfstandig werken
Om de inhoud van het onderwijs goed te kunnen overbrengen en te oefenen met de kinderen is een effectieve instructie van groot belang. In de groepen 3 tot en met 8 werken wij met het Expliciete Directe Instructiemodel. Aan de hand van dit model worden de lessen van taal en rekenen opgebouwd.
Het EDI-model bestaat uit de volgende stappen:
Stap 1: Activeren voorkennis door vragen over de stof te stellen.
Stap 2: Lesdoel bepalen.
Stap 3: Instructie geven en dingen voordoen op het bord.
Stap 4: Begeleid oefenen door de stof te herhalen.
Stap 5: Zelfstandige verwerking door een vraag te stellen en het antwoord door de kinderen op een wisbordje te laten zetten. De leerkracht ziet welke leerling de stof nog niet voldoende beheerst.
Stap 6: Verlengde instructie voor die kinderen, die extra uitleg nodig hebben.
Stap 7: Lesafsluiting/evaluatie.
Dit model biedt de leerkracht de gelegenheid en ruimte om met een instructietafel te werken. Aan de instructietafel kan de leerkracht extra hulp en uitleg geven aan alle leerlingen die dit nodig hebben.
Een ander belangrijk uitgangspunt bij ons onderwijs is dat de kinderen al in een zo vroeg mogelijk stadium leren om zelfstandig te werken en dus zonder de hulp van de leerkracht bepaalde taken uitvoeren. Zelfstandig werken dient meerdere doelen. Het is goed voor het ontwikkelen van de zelfstandigheid van de kinderen en het gevoel van competentie bij de kinderen.
Daarnaast heeft de leerkracht hierdoor meer mogelijkheden bepaalde (groepjes) kinderen apart te begeleiden. In de groepen 3 tot en met 8 gebruiken wij hiervoor een stoplicht. Wanneer het licht op rood staat, werken de leerlingen zelfstandig. Wanneer de leerkracht het licht op oranje zet, mogen leerlingen zachtjes een vraag stellen aan hun buurman/buurvrouw. Pas wanneer het licht op groen staat, is er gelegenheid om een vraag aan de leerkracht te stellen. De andere leerlingen blijven rustig verder werken. Deze manier van werken bevordert de rust en structuur in de klas.
Het onderwijs in de Nederlandse taal op onze school heeft als doel dat leerlingen vaardigheden ontwikkelen waarmee ze deze taal goed gebruiken in situaties, die zich in het dagelijks leven voordoen. De leerlingen krijgen kennis van en inzicht in betekenis, gebruik en vorm van de taal. In groep 4 tot en met 8 gebruik we de taalmethode Staal. De methode bestaat uit de onderdelen: spelling, woordenschat, begrijpend lezen en taal verkennen.
In onze samenleving neemt het lezen een belangrijke plaats in. Het is de basis van alle leren: op school, op het werk en in het leven van alledag. We willen dat kinderen zelfstandig informatiebronnen zoals internet, boeken, kranten en tijdschriften kunnen verzamelen en verwerken. Kinderen leren lezen is daarom één van de belangrijkste doelen van ons onderwijs. Goed kunnen lezen heeft een positieve uitwerking op het zelfbeeld, het competentiegevoel van kinderen en vormt de basis voor een succesvolle schoolloopbaan. We zien in de praktijk dat heel veel lezen de meeste winst oplevert. Daarbij maakt de houding niet uit, als je maar geconcentreerd en gefocust in je boek zit. We lezen elke dag 15 tot 30 minuten, waarvan ook in de bibliotheek, waarmee we nadrukkelijk het lezen willen promoten. Naast het leren lezen wordt er ook veel gedaan aan leesmotivatie en leesbeleving. Hierbij worden ook de ouders betrokken.
Kinderen van groep 2 die wat extra nodig hebben op het gebied van het beginnend leesproces nemen deel aan het programma Bouw. Om dit zo effectief mogelijk te laten zijn, zijn er twee schoolmomenten en twee thuismomenten. Op school wordt dit begeleid door leerlingen uit hogere leerjaren.
De kinderen van groep 3 leren lezen met de methode Lijn 3. Op een speelse manier leren de kinderen in ongeveer zeven maanden de eerste beginselen van het lezen. Met deze vrij recente methode kunt u als ouder thuis ook digitaal oefenen.
Vanaf groep 4 gebruiken wij voor voortgezet technisch lezen de methode Karakter, waarmee we werken sinds het schooljaar 2022 – 2023.
Voor begrijpend lezen hebben wij de methode Staal. Begrijpend lezen zit geïntegreerd in de taal- en spelling methode.
Voor ons schrijfonderwijs gebruiken we de methode Klinkers, die het best aansluit bij onze leesmethode in groep 3. Het vak staat ingeroosterd tot en met groep 7, waarbij in de lagere groepen meer tijd aan schrijven wordt besteed om de letters en een goed en mooi leesbaar handschrift aan te leren.
Het onderwijs in de Engelse taal start in groep 7 en is erop gericht, dat leerlingen vaardigheden ontwikkelen waarmee ze deze taal op een zeer eenvoudige manier kunnen gebruiken als communicatiemiddel. Zij krijgen kennis van de rol die de Engelse taal speelt in de Nederlandse samenleving en als internationaal communicatiemiddel. Wij gebruiken hierbij de methode Groove me. Populaire songs van het moment worden als basis gebruikt voor de lessen, waardoor het aanslaat bij de leerlingen. Alle vaardigheden komen aan bod: luisteren, lezen, spreken en schrijven (grammatica). De leerdoelen en kerndoelen worden regelmatig getoetst en er wordt ook een beroep gedaan op de zelfreflectie (naar zichzelf kijken) van leerlingen. Met deze methode kan de leerkracht er gemakkelijk voor zorgen dat kinderen van verschillende niveaus het meeste uit de lessen kunnen halen.
Bij rekenen leren de leerlingen verbanden te leggen tussen het rekenonderwijs en hun dagelijkse belevingswereld, zodat zij gemotiveerd blijven. De leerlingen krijgen inzicht in de getallen; zij rekenen uit het hoofd en cijferend. Ook breuken, decimale getallen, procenten en verhoudingen komen aan de orde. Leerlingen leren in alledaagse situaties met geld rekenen. In eenvoudige toepassingssituaties kunnen zij gangbare maten van lengte, oppervlakte, inhoud, tijd, gewicht en temperatuur hanteren. Ook leren de leerlingen tabellen en grafieken lezen.
Voor het rekenonderwijs gebruiken wij vanaf het schooljaar 2021 – 2022 de nieuw uitgebrachte methode Wereld in Getallen, versie 5. Voordelen van deze methode zijn onder andere: structuur, sterke basis waardoor uitval minder vaak voorkomt, maatwerk op niveau, uitdaging, zelfreflectie, onderzoekend en ontwerpend leren en verbinding met de leerlingen door filmpjes uit de eigen belevingswereld. Daarnaast zetten wij nadrukkelijk in op het automatiseren (routinematig uitvoeren) en de beheersing van de basisvaardigheden rekenen per leerjaar via de methode Bareka. De kinderen werken bij deze methode op een Chromebook, waar ze eerst de vaardigheden goed leren en daarna de snelheid van rekenen opvoeren. Deze basis dient goed te zijn om bij de dagelijkse rekenlessen op snelheid en niveau mee te kunnen blijven doen.
Binnen de kennisgebieden onderscheiden we de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, verkeer, natuur en techniek.
Door onze lessen aardrijkskunde vormen onze leerlingen zich een beeld van de aarde en krijgen ze inzicht in de manier, waarop de natuur en het menselijk handelen de ruimtelijke inrichting beïnvloeden. De kinderen leren zich een kaartbeeld te vormen van de eigen regio, Nederland, Europa en de wereld. Uiteindelijk kunnen zij van de verschillende gebieden op de wereld specifieke kenmerken, bestaansmogelijkheden en ontwikkelingen aangeven. Voor aardrijkskunde maken we gebruik van de methode Wijzer!.
Bij de geschiedenislessen brengen we de leerlingen kennis bij van belangrijke historische gebeurtenissen, ontwikkelingen en personen in verschillende perioden van de geschiedenis. Zij leren ook perioden uit hun eigen leven en uit de geschiedenis op een tijdsbalk te plaatsen. Voor geschiedenis maken we eveneens gebruik van de methode Wijzer!.
Voor verkeer geldt, dat de leerlingen kennis, inzicht en vaardigheden verwerven als deelnemer aan het verkeer. De leerlingen nemen in groep 7 deel aan het landelijk theoretisch en praktisch verkeersexamen. Bij goed gevolg ontvangen zij een verkeers- diploma. Vanaf het schooljaar 2022 – 2023 gebruiken wij in de groepen 5 tot en met 7 hiervoor de verkeersmethode VVN, Veilig Verkeer Nederland.
Bij het natuuronderwijs verkennen de leerlingen de natuur vanuit een kritische, vragende, waarderende en onderzoekende houding. Zij leren zorg te hebben voor een gezond leefmilieu. Leerlingen in groep 6 werken vanaf maart/april op een eigen stukje grond in de schooltuin. Er wordt van ze verwacht dat ze dit stukje grond zelf onderhouden, wat onder andere betekent: onkruid wieden, verschillende soorten groente zaaien of planten en vervolgens oogsten. De zorg voor de schooltuin loopt door tot oktober in groep 7. Voor natuur maken we gebruik van de methode Argus Clou.
Binnen de expressievakken (tekenen, handvaardigheid, muziek en drama/dans) stimuleren we de vaardigheden en creativiteit van leerlingen. Dat kan een individuele activiteit zijn of een groepsinstructie van de leerkracht. Wij vinden deze vakken ook belangrijk voor de brede ontwikkeling van het kind en zetten deze daarom ook expliciet op ons rooster. Soms zetten we ook vakdocenten in op bepaalde onderdelen in combinatie met lessen door de eigen leerkrachten.
Op de Horizon wordt gymles gegeven door een vakdocent. Daarnaast staan wij stil bij gezond eten en het belang van bewegen. Alle groepen hebben twee keer per week gymles. Over het gymrooster wordt u geïnformeerd via de nieuwsbrief.
Van groep 1 tot en met 8 gebruiken wij de methode Hemel & Aarde om invulling te geven aan het catechese onderwijs. Deze methode werkt met thema’s. Op allerlei manieren zetten we de kinderen aan het denken en wordt geprobeerd de relatie tussen de Bijbel en ons eigen leven duidelijker te maken. Rondom de Christelijke feestdagen is de inhoud en betekenis van deze feesten gedurende een aantal weken onderwerp van de lessen. In de hogere groepen bieden wij de wereldgodsdiensten aan. Zie ook hoofdstuk 2.1 over de katholieke identiteit van onze school.
Naast het leren, geven wij in alle groepen specifieke aandacht aan de sociale- en emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Wij streven naar de ontwikkeling van een sterk individu. Dat doen we door te praten met de leerlingen over uiteenlopende begrippen zoals onder andere: eerlijkheid, verdriet, geluk en vertrouwen. Daarnaast oefenen we de vaardigheden en houding tegenover bepaalde onderwerpen. Observaties door de leerkrachten zijn hierbij van groot belang. Sinds het schooljaar 2021 – 2022 gebruiken wij hiervoor de methode Kwink, waarbij wij ook onze ouders betrekken. Zie ook 2.3 over het pedagogisch klimaat.
De Horizon onderschrijft artikel 8 in de Wet Primair Onderwijs, waarin staat dat het onderwijs mede gericht is op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie. We willen de kinderen voorbereiden op hun rol in de maatschappij. Wij brengen de kinderen kennis en respect voor de basiswaarden bij en zorgen voor een veilige oefenplaats om burgerschapsvaardigheden in zich op te nemen.
Het onderwijs focust zich op 8 basiswaarden:
• Vrijheid van meningsuiting. • Autonomie.
• Gelijkwaardigheid. • Verantwoordelijkheidsbesef.
• Begrip voor anderen. • Afwijzen van onverdraagzaamheid.
• Verdraagzaamheid. • Afwijzen van discriminatie.
De leerdoelen zijn verdeeld over drie domeinen: Democratie, Participatie en Identiteit. Bij elk van de drie domeinen gaat het om het bijbrengen van zowel kennis, houdingen en vaardigheden. Dit komt niet alleen naar voren bij de wereldoriëntatielessen, lessen levensbeschouwing, lessen sociaal-emotionele ontwikkeling, cultuur van de school, voorbeeldgedrag leerkrachten, maar ook door speciale burgerschapslessen uit de methode Kwink en burgerschapsactiviteiten zoals bijvoorbeeld Cleanup Day, het voeren van debatten en het bezoek van een gebouw van een andere wereldgodsdienst. Voor zowel sociaal - emotioneel welbevinden als voor burgerschapsvorming gebruiken wij de volgende instrumenten:
Jaarlijks afname van het sociaal-emotionele volgsysteem van Leerling in Beeld onder leerlingen van groep 5 tot en met 8.
Tweejaarlijkse afname van het kwaliteitsonderzoek onder leerlingen van groep 6 tot en met 8, ouders en teamleden.
Directie, intern begeleider en vooral de werkgroep burgerschap bekijken de resultaten en ondernemen vervolgacties waar nodig. De doelen en activiteiten die wij beogen en aanbieden staan in het document van de werkgroep vermeld. Gedurende het schooljaar houdt de werkgroep vinger aan de pols en monitort de situatie wat betreft de 8 basiswaarden, de leerdoelen op de 3 domeinen en het bijbrengen van zowel kennis, houdingen en vaardigheden.
Computers zijn een niet meer weg te denken hulpmiddel binnen het onderwijs. Zowel in als buiten de klas wordt er gewerkt met computers die zijn aangesloten op een netwerk. Elke leerling van groep 3 tot en met 8 heeft een eigen Chromebook. Ook bij de kleuters zijn er per groep meerdere devices. Deze vervangen deels de boeken en werkboeken. Ze worden gebruikt om vaardigheden in te slijpen en leerstof te oefenen, maar de leerkracht, de instructie en het werken in boeken en werkboeken blijft het belangrijkste. ICT middelen worden ingezet als een handig hulpmiddel (met andere opgaven, adaptief, zelfcorrigerend, de uitleg nog een keer beluisteren en aantrekkelijke pagina’s). De directe feedback werkt zeer motiverend voor leerlingen en draagt bij tot een groter inzicht in leren. Alle groepen hebben ook een digitaal schoolbord, waarop alle boeken en werkboeken zichtbaar te maken zijn voor de instructie.
W&T maakt nieuwsgierig en stimuleert kinderen om creatief, kritisch en ondernemend te zijn, op onderzoek uit te gaan en oplossingen te bedenken. Het zijn die vaardigheden en instellingen die kinderen nu en in de toekomst nodig hebben. Vanaf het schooljaar 2022 – 2023 zullen wij de kerndoelen hiervoor niet als apart vak aanbieden, maar integreren in combinatie met andere vakken zoals taal, rekenen, sociaal – emotionele ontwikkeling, alle wereld oriënterende vakken (aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en techniek). Daarbij komt dan meer de nadruk te liggen op onderzoeken en ontwerpen, vaak in samenwerkopdrachten, bijvoorbeeld: Grote rekendag, bouwen van een maquette, powerpoint maken, werken met techniekdozen et cetera. Soms zullen we daarvoor ook uitstapjes maken en/of technologie binnen de school halen, bijvoorbeeld workshops 3D printen, gebruik robots, gastlessen TechExpress en bezoek technieklab op de Pabo Thomas More.